Europees hoofdkwartier

NRC Handelsblad, 8 december 2003

De Amerikaanse minister van Defensie Rumsfeld heeft gereserveerd en koel gereageerd op het voornemen van de Europese Unie om een Europees hoofdkwartier op te richten. Dit hoofdkwartier zou de EU in staat stellen, te beginnen op zeer bescheiden schaal, om militaire operaties onafhankelijk van de NAVO te plannen en aan te sturen.

Die reactie is, evenals het initiatief tot de oprichting van een dergelijk Europees hoofdkwartier, geen verrassing. Voor de VS en Europa staan namelijk wezenlijke belangen op het spel die verder gaan dan hetgeen daarover publiekelijk wordt gezegd. De VS willen volgens Rumsfeld geen concurrentie van de EU met de NAVO, geen doublures en geen initiatieven die het Noordatlantische bondgenootschap anderszins zouden kunnen ondermijnen. Alsof dat geen Europese belangen zouden zijn.

Een aantal Europese landen wil daarentegen in staat zijn om in voorkomend geval zelfstandig, zonder ondersteuning van de VS, militaire operaties kunnen plannen en uitvoeren. Een dergelijke ambitie past bij de globale economische en humanitaire belangen die Europa bezit, en is bovendien voor een aantal Europese landen een logische consequentie van de recente Amerikaanse alleingang, waarbij de NAVO en Europese initiatieven juist zijn genegeerd. Voor de VS, maar ook Europa, staan zoals gezegd meer dan deze publieke benoemde belangen op het spel. In feite gaat het over invloed en macht, over de ontwikkelingsrichting van onze wereldorde op de wat langere termijn.

Indien de EU zich aan de VS ontworstelt, dan kan zij zich tot een autonome speler ontwikkelen waarmee de VS wel degelijk rekening moeten houden. Dat kan tot tegenspel leiden en afbreuk doen aan Amerikaanse speelruimte. Daar hebben de VS geen behoefte aan. De Bush-doctrine, nog steeds van toepassing, is daar duidelijk over: (potentiƫle) tegenspelers van betekenis zullen niet worden geduld. Als Europa zichzelf serieus neemt, invulling wil kunnen geven aan bijvoorbeeld mondiale humanitaire missies die voortvloeien uit de Europese grondwet in wording, en zich wil ontwikkelen tot een geloofwaardige (gespreks-)partner van de VS, dan is het onvermijdelijk dat de EU haar militaire autonomie vergroot.

De discussie moet niet meer gaan over de vraag of dat gewenst is, maar over de vraag hoe hieraan op een constructieve wijze in dialoog met de VS gestalte kan worden gegeven. Europa moet zich daarbij niet laten afschrikken door Amerikaanse retoriek.